Strategie

Informatiemanagement –
op weg naar een gestandaardiseerde infrastructuur

De afgelopen jaren is de communicatie tussen de NAK en de sector (handel, telers) steeds meer digitaal geworden. En vanuit de sector komen wensen voor aanvullende mogelijkheden, bijvoorbeeld apps voor het bestellen van certificaten. Dat noodzaakt de NAK tot het up-to-date brengen én houden van haar IT-infrastructuur. Zonder serviceverlies voor de sector vindt een totale verbouwing van de IT-infrastructuur van de NAK plaats.

Aanschaf universele standaarden
Om in de toekomst naadloos te kunnen communiceren met datasystemen van de overheid en handel en met de gangbare bedrijfsmanagementsystemen van individuele telers, is het gebruik van universele uitwisselingsstandaarden essentieel.

In de voorliggende jaren is een basis laag van nieuwe generieke softwarepakketten voor het hanteren van GEO-informatie, regelgeving, werkprocessen, zaakafhandeling, administratie en klantportaal aangeschaft. Hierbij is gekozen voor Microsoft als hoofdleverancier, zodat wordt aangesloten bij algemeen gangbare standaarden. Aanvullende softwarepakketten (ARCgis en Inrule) zijn compatibel met de Microsoft standaard.

Naast de Microsoft standaard sluit de NAK aan bij de door de overheid geïnitieerde Agroconnect standaarden, informatie veiligheidsnormen en de door de RVO gehanteerde standaarden (voor bijvoorbeeld perceelsbeschrijving en mogelijk e-herkenning). In de al aanwezige basislaag worden de bedrijfseigen processen geconfigureerd in procesapplicaties. Voorbeelden hiervan zijn aangifte, veldkeuring en partijkeuring. Deze applicaties zullen geschikt zijn voor zowel pootaardappelen als zaaizaden. Waar voorheen werd gewerkt met aparte software voor de zaaizaadsector kan deze sector door de keuze voor generieke oplossingen meeprofiteren van de ontwikkelingen ten behoeve van de veel grotere pootgoedsector. Hierdoor kan kostenefficiënter gewerkt worden.

Het voordeel van het configureren van applicaties in commercieel verkrijgbare softwarepakketten is dat kostbaar maatwerk zoveel mogelijk wordt vermeden en dat onderhoud van de software door een gerenommeerde leverancier is gegarandeerd.

Aardappelmoeheid volledig digitaal
Nu de basislaag gereed is, is al begonnen met het ontwerp en de bouw van de applicatie voor aardappelmoeheid. De reden dat voor deze applicatie is gekozen is tweeledig:

  • het AM-proces is nu nog deels papierwerk en een nieuwe applicatie levert dus efficiencywinst en
  • veel van de componenten die voor de AM-applicatie worden gebruikt zullen ook geschikt zijn voor gebruik in verdere applicaties.

In 2018 en 2019 volgen de applicaties voor aangifte, veldkeuring en partijkeuring.

Het digitale NAK-Loket wordt continue verbeterd, zodat stabiele toegang is verzekerd en klantgegevens veilig zijn bij de NAK.

Kenniscentrum NAK –
investeren in kennisopbouw en een bigdata-benadering

Het is de ambitie van de NAK om continue te investeren in de ontwikkeling van kennis die ten dienste staat van kwaliteit. Zowel kennis voor het verbeteren van de keuring, als kennis die de sector zelf kan gebruiken voor het verbeteren van kwaliteit.

Erwinia

De afgelopen vijf jaar heeft de NAK een Erwinia-toets uitgevoerd op de handelsklasse S. Dit onderzoek heeft veel inzicht opgeleverd. Meest in het oog springend hierbij is de opkomst van de Pectobacterium carotovora brasiliense en de sterke rasafhankelijkheid van Erwinia-latentie in de toets- en in veldsymptomen. Bigdata-analyse en nader onderzoek naar het gedrag van de brasiliense bacterie moeten ons een voorspellend Erwinia-model gaan opleveren.

Bigdata

Tijdens deze vijf jaar zijn ook bij de keuring veel gegevens verzameld, die gekoppeld kunnen worden met andere gegevens. Op basis van analyse van die gecombineerde gegevens over langere perioden kan de NAK meer te weten komen over het gedrag van de ziekte Erwinia. Voor zo’n analyse zijn krachtige computerprogramma’s nodig. De NAK beschikt hier inmiddels over en werkt hierin samen met CAH Dronten. De NAK hoopt met deze bigdata-aanpak de keuring in de toekomst meer risicogericht te kunnen maken, de sector van meer gerichte keuringsinformatie te voorzien en hiermee bij te dragen aan de kennisontwikkeling voor de aardappelteelt.

EU-beleid – inspelen op externe factoren

De verordening Plantgezondheid is in oktober aangenomen door het Europese Parlement. Deze verordening vervangt de huidige fytosanitaire wetgeving. In aanvulling op de verordening moet de EU-commissie samen met de lidstaten ook nog veel ‘secundaire’ wetgeving uitwerken. Lidstaten hebben drie jaar de tijd om zich voor te bereiden op de nieuwe wetgeving.
De NAK is nauw betrokken bij de uitwerking van secundaire wetgeving. Het dossier Plantenpaspoort wordt met voorrang behandeld. Eind 2017 moet voor alle handelaren en producenten van uitgangsmateriaal duidelijk zijn welke eisen gelden voor afgifte en gebruik van het plantenpaspoort. Voor afnemers zijn enkele eisen direct zichtbaar: op elk plantenpaspoort staat het EU-logo, zichtbaar in de linkerbovenhoek. Dat geldt dus ook voor het NAK-certificaat, want dat is gelijk aan een plantenpaspoort. Ook moet elk certificaat of plantenpaspoort voorzien zijn van een traceerbaarheidscode. Dat kan bijvoorbeeld een partijnummer zijn.

Een belangrijk onderdeel van de nieuwe verordening Plantgezondheid is een andere indeling van schadelijke organismen. De organismen in de huidige verkeersrichtlijnen worden overgeheveld naar de nieuwe verordening, als RNQP. Een RNQP (regulated non quarantine organism) is een gereguleerd organisme, maar heeft niet de status quarantaine (Q). Q-organismen worden ingedeeld als ‘prioritaire’ Q’s en gewone Q’s. De NAK steunt EZ en de NVWA bij de standpuntbepaling rond de indeling van organismen.

Ontwikkelingen 2017 – strategische hoofdlijnen

In de komende jaren zal de NAK de eerder vastgestelde strategische hoofdlijnen verder vormgeven. Deze hoofdlijnen zijn: risicogericht keuren, digitaal werken, voortgaande ontwikkeling van geavanceerde laboratoriumtoetsen, continue procesverbetering en de uitwerking van een NAK-plus systeem.