Herziening voorcontrole grassen
De voorcontrole is een onderdeel van de keuring van zaaizaden. De voorcontrole is opgezet om eventuele stabiliteitsproblemen van een ras in een vroeg stadium te signaleren. Zo voorkom je afkeuringen van groot areaal basiszaad of gecertificeerd zaad op grond van nacontrole-resultaten. Dit is ook een vorm van instandhoudingscontrole. De resultaten van de voorcontrole zijn maatgevend voor de maximaal te behalen generatie in de veldkeuring. De voorcontrole is vanuit Europese regelgeving niet verplicht. Dit is een Nederlands systeem.
Bij grassen wordt de voorcontrole uitgevoerd aan partijen kwekerszaad of prebasiszaad. Hiervan worden veldjes aangelegd op het Proef- en Controlebedrijf van de NAK. Bij de grassen gebeurt dat aan 50 afzonderlijke planten met daarnaast het standaardmonster van het ras. Daarnaast worden veldjes ‘in rijtjes’ gezaaid. De NAK beoordeelt de veldjes en kijkt naar de gemiddelde schietdatum. De afgelopen jaren gaven afkeuringen op basis van de gemiddelde schietdatum in de voorcontrole zo nu en dan problemen in de rasopbouw. Dit was aanleiding om in gesprek te gaan met kweekbedrijven van grassen. De noodzaak van de voorcontrole en eventuele verbeteringen aan de opzet, vooral de beoordeling van de gemiddelde schietdatum waren hierbij belangrijke agendapunten. Kweekbedrijven hebben aangegeven de huidige voorcontrolesystematiek te willen handhaven, inclusief de beoordeling van de gemiddelde schietdatum. Ook deden zij voorstellen voor verbetering. Dit leidde tot de volgende aanpassingen in de opzet van de voorcontrole:
- veldjes in drie herhalingen
- meer planten beoordelen
- een strakker beoordelingsschema
- bij afwijkende resultaten ook kijken naar jaarvariatie, zodat de gemiddelde schietdatum nog beter kan worden bepaald.